Fluo TP

De term “waterbasis” verwijst naar het bindmiddel in de verf. Het bindmiddel is in dit geval een hars gedispergeerd in water en niet in een organisch oplosmiddel. Hierdoor kan water als “bindmiddel” worden toegevoegd in plaats van het organische oplosmiddel.

FLUO TP Hydro is geformuleerd met 20% water in plaats van oplosmiddelen, wat de VOS-emissie tijdens het gebruik vermindert en de impact op het milieu en de gezondheid beperkt. Het is momenteel de markeerspray met het hoogste watergehalte in zijn formulering op de markt.

Zonder de beperking van de droogtijd voor gebruik als bouwmarker, zou de verf 100% op waterbasis kunnen zijn, zoals bij sommige decoratieve verfspuitbussen het geval is.

Wanneer bepaalde producten het label “waterbasis” dragen, is dat meestal te wijten aan de toevoeging van water aan de formule op basis van oplosmiddelen (hars op oplosmiddelbasis en geen emulsie op waterbasis), maar de hoeveelheden water zijn klein en verminderen het VOS-gehalte niet significant.

Er zijn 12 spuitbussen per doos die vervolgens worden opgeslagen op pallets van 75 dozen, ofwel 900 spuitbussen per pallet. Deze verpakking optimaliseert het transport in vrachtwagens die maximaal 33 pallets kunnen bevatten.

Ja, tijdens het verwerken van bestellingen kan er, afhankelijk van de gevraagde hoeveelheden, een mix van kleuren gerealiseerd worden. Echter altijd per hele dozen.

De spuitbus FLUO TP kan vóór gebruik 5 jaar worden bewaard, op voorwaarde dat de in het technische informatieblad aangegeven opslagcondities worden gerespecteerd, d.w.z. bij een temperatuur van 15 tot 25°C en zonder vochtigheid.

Onder dezelfde omstandigheden is FLUO TP Hydro 3 jaar houdbaar.

Buiten deze temperaturen kunnen er in de behuizing micro-corrosieverschijnselen optreden die verband houden met de aanwezigheid van water.

Heel eenvoudig door de datum op de onderkant van de spuitbus af te lezen. De vermelde datum is de datum van de gebruikslimiet die overeenkomt met 3 of 5 jaar na de productiedatum.

Dit hangt af van de omstandigheden van aanbrengen en blootstelling van de markering, zoals: blootstelling aan UV (zon, sterke helderheid), vochtigheid of mechanische belasting, zoals het passeren van voertuigen of verkeer in het algemeen. De kleuren van Fluo TP of Fluo TP markers blijven lang zichtbaar dankzij de hoge hoeveelheid sterk fluorescerende pigmenten en de keuze van harsen die een goede hechting aan de ondergrond mogelijk maken.

Het zijn de meest zichtbare fluorescerende bouwmarkeringen voor de lange termijn die momenteel op de markt zijn. Tests hebben een duurzaamheid van markeringen van meer dan 6 maanden aangetoond.

Nee, omdat de verf is ontworpen om niet te bezinken. De spuitbus wordt tijdens het gebruik regelmatig doorgeblazen door ondersteboven te spuiten, waardoor het gas wordt verspreid om het ventiel te reinigen en verstopping te voorkomen.

Het hangt allemaal af van de applicator, de snelheid van aanbrengen en de gewenste dekking.

De tests die we uitvoeren zijn op een reproduceerbare wijze gekalibreerd en tonen aan dat FLUO TP en FLUO TP Hydro tot 40% meer markeringen mogelijk maken dan concurrerende producten met een optimale dekking, d.w.z. met precies de juiste hoeveelheid verf zodat de ondergrond niet meer zichtbaar is.

Ja, dankzij de betrouwbaarheid van onze verf en onze verpakkingsaccessoires met dop en ventiel kan de bus tot het einde, dus alle verf, worden gebruikt. We hebben het resterende verfgewicht op onze spuitbussen gemeten nadat ze zijn geleegd en drukloos gemaakt zijn, en er is minder dan 1 gewichtsprocent verf achtergebleven aan de binnenkant van de spuitbus.

De natuurlijke degradatie van de kleur als gevolg van weersinvloeden, UV-blootstelling en mogelijk mechanische belasting (voetgangers of autoverkeer), zal een geleidelijke verbleking van de markering veroorzaken, totdat deze na enkele maanden volledig is verdwenen.

Om deze markeringen sneller uit te wissen, kan men een markeerverf gebruiken waarvan de kleur dicht bij de drager (of het oppervlak) ligt, zoals onze grijze of zwarte PROMARKER.

Indien de gebruiker voor een korte periode (enkele weken of slechts 1 à 2 maanden) een markering wenst aan te brengen, raden wij het gebruik aan van onze tijdelijke markeringen: Tempo Marker, Tempo TP (+ Mercalin TS).

Een watergedragen verf is watergevoelig totdat deze is opgedroogd (samengesmolten) en het water in de verf volledig is verdampt, wat langer duurt bij lage temperaturen en/of hoge luchtvochtigheid. (Bij buitentoepassingen zal een FLUO TP Hydro-verf bijvoorbeeld beter drogen in de winter bij droog en zonnig weer, zelfs als het erg koud is, in vergelijking met dezelfde toepassing bij 15°C maar met 90% relatieve vochtigheid); zolang de coalescentie niet volledig is voltooid, blijft de film gevoelig voor water, aangezien dit het “oplosmiddel” is.

Maar als het droog is, is het droog! Het is net als gevelverven op waterbasis, ze zijn na droging niet meer gevoelig voor regen. Op een FLUO TP Hydro markering kan het regenen als deze droog is.

Bij kamertemperatuur en een luchtvochtigheid van ongeveer 65% drogen FLUO TP en FLUO TP Hydro net zo snel (ongeveer 15 minuten).

Waar het om gaat is de temperatuur van de spuitbus op het moment van gebruik. Wat het gebruik van een bouwmarker namelijk beperkt, is de drukval van het gas in de spuitbus.

Bij constant volume (wat het geval is in een spuitbus van 500 ml), varieert de druk van het gas met de temperatuur: hoe lager de temperatuur, hoe lager de druk, en omgekeerd, hoe hoger de temperatuur, hoe hoger de druk.

Wanneer FLUO TP Hydro bewaard wordt tot -15°C, werkt het op dezelfde manier als FLUO TP, mits de spuitbus voor gebruik goed wordt geschud. Door de gaskeuze en de begindruk blijft er bij -15°C voldoende vermogen in de bus om de verf te onttrekken. De markering is goed zichtbaar, maar de lijn is minder duidelijk. Hoe hoger de temperatuur van de spuitbus, hoe scherper de markering.

Als de spuitbus bijvoorbeeld wordt bewaard bij een temperatuur van >5°C, is de druk binnenin voldoende om de verf eruit te trekken en kunt u goed markeren, zelfs als het buiten of op de grond is <-10°C is (buitentemperatuur van -20°C tot -15°C); wij hebben deze testen uitgevoerd.

Aan de andere kant is er een limiet bij hoge temperaturen: om veiligheidsredenen wordt in de regelgeving aanbevolen om spuitbussen niet aan temperaturen boven 50°C bloot te stellen, omdat de interne druk meer dan 15 bar zou kunnen bedragen, wat de toelaatbare grens is voor spuitbussen verpakt met vloeibare drijfgassen.

Dankzij de alcohol en het gas in de verf, bevriest Fluo TP Hydro ook na opslag bij -15°C niet en is het direct te gebruiken; het gedraagt ​​zich als Fluo TP en bij deze temperaturen is markering mogelijk.

Bij een temperatuur van >10°C tot <30°C, uit de buurt van vocht en bij voorkeur in de originele doos.

Ja absoluut. De spuitbussen worden in eerste instantie ingezameld door specifieke inzamelcentra die zijn aangepast aan de verwerking van chemisch afval. Bij het recyclingproces worden de spuitbussen geplet en samengeperst. De doppen worden verwijderd om de kunststoffen van het metaal te scheiden. De metaalrecyclingkanalen zorgen vervolgens voor de verwerking.

Spuitbussen zijn afvalstoffen die vergelijkbaar zijn met Diffuus Gevaarlijk Afval (DHW) als ze een stof bevatten die vanwege de fysische en chemische eigenschappen gevaarlijk wordt geacht voor het milieu en voor de mens.

De eerste verordening is:

-Europese Richtlijn (EU) 2016/2037 van 21 november 2016 (tot wijziging van Richtlijn 75/324/EEG), die regels vaststelt voor het in de handel brengen van spuitbussen. Het harmoniseert de veiligheidseisen, waaronder eisen met betrekking tot nominale capaciteiten, verpakking en andere drukgerelateerde gevaren, alsmede eisen inzake de etikettering van spuitbussen.

Andere voorschriften hebben betrekking op classificatie en etikettering

-De CLP-verordening, classificatie, etikettering en verpakking nr. 1272/2008

-De REACH-verordening: egistratie, evaluatie, autorisatie en beperking van chemische stoffen nr. 1907/2006.

REACH (Registration, Evaluation, Authorization and Restriction of Chemicals) is een Europese verordening (verordening nr. 1907/2006) die in 2007 van kracht werd om de productie en het gebruik van chemische stoffen in de Europese industrie te beveiligen. Sinds mei 2018 is het niet meer mogelijk om stoffen te vervaardigen of in te voeren als ze niet geregistreerd zijn. De belangrijkste doelstellingen van deze verordening zijn:

-Om de menselijke gezondheid en het milieu te beschermen tegen de potentiële risico’s van chemische stoffen
-Om identieke en transparante informatie over de aard en de risico’s van stoffen, als zodanig of in een mengsel, vast te stellen vanaf de leverancier tot aan de eindklant

Een van de belangrijkste doelstellingen van CLP is om vast te stellen of een stof of mengsel eigenschappen heeft die leiden tot de indeling als gevaarlijke stof of mengsel. CLP stelt gedetailleerde criteria vast voor de etiketteringselementen: pictogrammen, waarschuwingen en standaardverklaringen voor gevaar, preventie, opslag en verwijdering, voor elke gevarenklasse en -categorie. Dit resulteert in de regelgevende teksten en gevarenpictogrammen op de etiketten/verpakkingen van spuitbussen.

VOS of Vluchtige Organische Stoffen is een molecuul dat bestaat uit koolstof- en waterstofatomen en dat snel verdampt in de atmosfeer vanuit zijn vloeibare of vaste toestand.

Bij gebruik van een spuitbus komen tijdens de diffusie VOS vrij vanwege de gebruikte componenten: gassen en oplosmiddelen.

De emissiesnelheid is gerelateerd aan de hoeveelheid oplosmiddel.

Verven op waterbasis verminderen het VOS-gehalte door het oplosmiddel te vervangen door water en dragen bij tot het respect voor het milieu.

Sinds 01/05/22 wordt de etikettering berekend zonder rekening te houden met het vloeibaar drijfgas

Afhankelijk van de classificatie van elke bestanddeel van de formule met betrekking tot een gezondheidsrisico en het aandeel in het verfmengsel, verkrijgen we een etiketteringsberekening die in het veiligheidsinformatieblad wordt vermeld en leidt tot de etikettekst

Het is vertaald in risicozinnen en gevarenpictogrammen voor de gezondheidsrisico’s

Sinds 01/05/22 hoeft het drijfgas, dat ook een verfoplosmiddel is, niet te worden meegenomen in de berekening van de risico-etikettering. Dit verhoogt de bijdrage van elke bestanddeel aan het gezondheidsrisico en kan daarom leiden tot nieuwe gevarenpictogrammen op de spuitbus, zelfs als de formule niet is gewijzigd.

De FLUO TP en FLUO TP hydro zijn volgens deze nieuwe beperkingen geformuleerd, om ondanks deze nieuwe wettelijke beperking alleen het ontvlambaarheidsrisico te behouden dat door het vlampictogram wordt aangegeven.

Het lezen van het SDS geeft het antwoord: in paragraaf (2) staat een zin die de rekenregels met of zonder gas vermeldt. Er is een verplichting om deze nieuwe regel te respecteren in geval van controle door de DGCCRF*. De conformiteit van de etikettering en het veiligheidsinformatieblad wordt gecontroleerd.

*(Directoraat-generaal Mededinging, Consumentenzaken en Fraudebestrijding)

Het begint allemaal met de verf: we zeggen dat we een markeerverf “formuleren”. Het is een mengsel van pigmenten, bindmiddelen, oplosmiddelen ook wel “medium” genoemd en additieven. De eigenschappen van een verf zijn afhankelijk van de formulering, d.w.z. de keuze van deze bestanddelen en de manier waarop ze worden gemengd.

Het bindmiddel: dit zorgt ervoor dat de verf hecht aan de ondergrond. Dit zijn polymeren of “harsen” die worden gekozen op basis van de verwachte eigenschappen van de verf.

Pigmenten: Dit zijn poeders die onoplosbaar zijn in water of oplosmiddelen en die de kleur geven. Ze zijn fluorescerend gekozen om FLUO TP en FLUO TP Hydro te maken.

Het medium: Dit is een vloeistof, water of oplosmiddel dat helpt bij het overbrengen van de verf op de ondergrond.

De additieven: zorgen voor of verbeteren bepaalde kenmerken van de verf (verdikkingsmiddel) tijdens de fabricage of het gebruik (antischuim, anticorrosie).

Vervolgens wordt een vloeibaar gas ingebracht (vloeibaar drijfgas, een mengsel van vloeistof en gas onder druk (DME of Butaan Propaan) dat mengbaar is met de verf. De metalen behuizing moet goed afgesloten zijn en voorzien zijn van een klep/ventiel, een diffusor om de verf te extraheren en een beschermkap.

Fluorescentie en fosforescentie zijn twee chemische processen: de absorptie en emissie van licht door een materiaal, in dit geval pigmenten. Fluorescentie treedt veel sneller op dan fosforescentie. Wanneer de excitatiebron (daglicht) wordt verwijderd, houdt de helderheid vrijwel onmiddellijk op en zie je dat de fluorescerende markeringen niet oplichten in het donker.

Fosforescentie duurt veel langer dan fluorescentie (van enkele minuten tot enkele uren en tot enkele dagen nadat het licht is uitgeschakeld). Fosforescerende of fotoluminescente markeringen lijken niet helderder bij daglicht, maar zijn zichtbaar in het donker.

Ons markeringsproduct PHOTOLIGHT (fosforescerend of fotoluminescent) heeft deze eigenschappen.

In absolute termen verschilt de verf die wordt gebruikt voor het markeren van dieren niet totaal van die voor een bouwmarkering. De regelgeving is niet heel streng en er zijn veel producten op de markt, vooral uit Azië. Het hangt allemaal af van het type vee dat wordt gemarkeerd: vooral bij schapen mag de markering de wol niet beschadigen en is de markeringstijd vrij kort.

We raden het gebruik van onze FLUO TP/FLUO TP HYDRO-markeringssprays voor deze toepassingen af, voornamelijk vanwege de duurzaamheid van de markeringen.

Nee, wat telt in een spuitbus is het “netto” bruikbare volume vermeld op het blik/etiket, d.w.z. 500ml in het geval van onze markers. Het gewicht is afhankelijk van de dichtheid van de gebruikte oplosmiddelen. FLUO TP HYDRO is bijvoorbeeld zwaarder dan FLUO TP omdat water zwaarder is dan organische oplosmiddelen, maar het markeermetrage is nagenoeg hetzelfde.

Het gewicht van een spuitbus is geen garantie voor de kwaliteit of kwantiteit van een markering.